Dutch Language/Food
Jump to navigation
Jump to search
De sinaasappel op boom 
- Het Ontbijt - Breakfast
- Het Middageten (or Lunch)- Lunch
- Het Avondeten - Dinner
Tafelgerei/Tableware
[edit | edit source]- Het Bord - The Plate
- De Vork - Fork
Ingrediënten/Ingredients
[edit | edit source]- De Peper - The Pepper
- Het Zout - The Salt
- De Suiker - The Sugar
Eten/Food
[edit | edit source]- De Pasta - Pasta
- De Kaas - Cheese
- De Soep - Soup
- Het Ei - Egg
Groente/Vegetables
[edit | edit source]- De Tomaat - Tomato
Fruit/Fruit
[edit | edit source]
- De Appel - Apple
- De Banaan - Banana
- De Sinaasappel - Orange
- De Citroen - Lemon
- De Limoen - Lime
- De Koffie - Coffee
- De Wijn - Wine
- De Aardbei - Strawberry
Vlees/Meat
[edit | edit source]- De Kip - Chicken
- Het Rundvlees - Beef
- Het Varkensvlees - Pork
Sap/Juice (drinks too)
[edit | edit source]- De Thee - Tea
- Sinaasappelsap - Orange Juice
- Appelsap - Apple Juice
Extra
[edit | edit source]How to ask if someone's hungry: Heb je honger?
How to ask if someone's thirsty: Heb je dorst?
Sentences
[edit | edit source]- De vrouw eet een appel - The women is eating an apple
- Ik ben een banaan! - I am a banana!
- Wij hebben een tomaat - We have a tomato.